De strijd tegen erfelijke aandoeningen bij honden en katten
Interview met Dr. Hille Fieten coördinator PETscan
PETscan is een landelijke database, in beheer bij het Expertisecentrum Genetica Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Met de database bundelen we de diagnoses van de Nederlandse dierenartsen. Zo kunnen we meten wat de belangrijkste ziekten per ras zijn.
Op de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht werken onderzoekers hard aan het verbeteren van de fokkerij van honden en katten. Is er dan zoveel mis met onze gezelschapsdieren?
Naar schatting 50 tot 75 procent van de aandoeningen waarmee gezelschapsdieren bij de dierenarts komen hebben een erfelijke achtergrond. Aandoeningen met een erfelijke achtergrond kunnen weer verder onderverdeeld worden in schadelijke uiterlijke kenmerken en erfelijke ziekten.
Wat is het verschil tussen erfelijke schadelijke uiterlijke kenmerken en erfelijke ziekten?
Schadelijke uiterlijke kenmerken leiden tot aandoeningen die direct gerelateerd zijn aan het uiterlijk van het dier. Denk hierbij bijvoorbeeld aan ademhalingsproblemen of zweren aan het hoornvlies door extreme kortsnuitigheid.
Erfelijke ziekten zijn niet altijd zichtbaar aan de buitenkant. Ze kunnen bij de geboorte al aanwezig zijn, bijvoorbeeld een aangeboren levershunt, of kunnen op latere leeftijd voor problemen zorgen, bijvoorbeeld epilepsie.
-Jij werkt bij het ExpertiseCentrum Genetica van de faculteit Diergeneeskunde, wat doet dit centrum en wat is jouw rol daarin?
Ik ben coördinator van het Expertisecentrum Genetica en binnen dit centrum doen we onderzoek naar erfelijke ziekten en aandoeningen die in verband te brengen zijn met het schadelijke uiterlijke kenmerken.
Welke middelen gebruiken jullie om de aandoeningen in beeld te brengen?
Om erfelijke ziekten in beeld te krijgen hebben wij het diagnose registratiesysteem PETscan ontwikkeld. Dit is een systeem waarmee we diagnoses verzamelen van dierenartsen uit het hele land. Op basis van deze gegevens maken we trendanalyses van het voorkomen van erfelijke ziekten bij gezelschapsdieren. Vervolgens brengen we adviezen uit aan fokkerij-organisaties en bepalen we voor welke aandoeningen er een DNA-test nodig is. Zo kunnen we samen met fokkers dierenleed voorkomen. PETscan is op dit moment geïmplementeerd in de praktijkmanagementsystemen van Animana, VIVA, Vetsware en Provet Cloud.
Hoe kunnen schadelijke uiterlijke kenmerken aangepakt worden?
Een belangrijk onderdeel van de aanpak is voorlichting. Toekomstige eigenaren moeten zich bewust worden van de gezondheidsproblemen van dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken. Om ervoor te zorgen dat fokkers gezondere dieren gaan fokken is, naast voorlichting, ook wetgeving en handhaving nodig om een omslag teweeg te brengen.
Wat is de oorzaak van de hoge frequentie van erfelijke ziekten in populaties van gezelschapsdieren?
De hoge frequentie van erfelijke ziekten in populaties komt door een hoge verwantschap.
In de fokkerij wordt er vaak bewust gefokt met verwante dieren. Hiermee kunnen namelijk bepaalde gewenste uiterlijke- of gedragseigenschappen worden vastgelegd. Tegelijkertijd is de kans groter dat mutaties die ziekte kunnen veroorzaken en afkomstig zijn van een gemeenschappelijke voorouder, bij elkaar komen in een nakomeling. Ook maakt de fokkerij vaak gebruik van een of enkele populaire mannelijke fokdieren die dan de mogelijkheid krijgen om hun erfelijk materiaal over de hele populatie te verspreiden. Als dit materiaal dan een mutatie bevat, wordt deze doorgegeven aan zeer veel nakomelingen.
- Hoe kan de hoge frequentie van erfelijke ziekten in populaties van gezelschapsdieren worden teruggedrongen?
De verwantschap tussen fokdieren kan flink worden verminderd door niet meer binnen gesloten populaties te fokken. Bij bepaalde aandoeningen is screenen en selectie ook een mogelijkheid. Binnen de Cairn terriër populatie is het bijvoorbeeld gelukt om met een screeningsprogramma voor pups de frequentie van levershunt van >5% terug te brengen naar < 0,5%. Ook kunnen DNA-testen worden ontwikkeld voor erfelijke ziekten, die vervolgens kunnen worden ingezet in de fokkerij. Bij het ExpertiseCentrum Genetica hebben we onder andere DNA-testen ontwikkeld voor dwerggroei bij de Duitse Herder en koperstapeling bij de Labrador retriever en Dobermann. Verder is het van groot belang om goed te registreren hoe vaak ziekten in bepaalde foklijnen voorkomen. Met deze informatie kunnen fokkers betere keuzes maken bij het combineren van fokdieren.
Je hoort nu veel over DNA-testen. Wat wordt er precies getest en gebruiken jullie die ook?
DNA-testen zijn erg nuttig voor het testen op dragerschap van erfelijke ziekten, zodat ziekte kan worden voorkomen. Daarnaast is het gebruik van genetische markers, zogenaamde SNPs (Single Nucleotide Polymorphisms) in opkomst.. Met deze markers kan de mate van inteelt en verwantschap gemeten worden op DNA-niveau. SNPs zijn ook de eerste stap die wetenschappers zetten voor het ontwikkelen van nieuwe DNA-testen. Recent hebben we bij het ExpertiseCentrum Genetica de software Fit2Breed ontwikkeld om fokkers te ondersteunen bij het gebruiken van deze SNP-data, maar ook DNA-testen, ziektegegevens en afstammingsgegevens.
Denk je dat er de komende tijd veel gaat veranderen? Of is het daar nog te vroeg voor.
Ik denk dat er op dit moment een omslag gaande is in hoe er vanuit de maatschappij gekeken wordt naar het welzijn van gezelschapsdieren. Ik denk ook dat dierenartsen hier bewuster mee omgaan en zich ook vaker uitspreken tegen misstanden. Naast het doen van wetenschappelijk onderzoek, ondersteunt het ExpertiseCentrum Genetica deze omslag door het ontwikkelen van praktische tools die dierenartsen en fokkers.
Hoe werkt het ExpertiseCentrum Genetica samen met andere partijen om hun doelen te bereiken.
We werken samen met heel veel partners in de wetenschap en de maatschappij. We hebben een groot internationaal onderzoeksnetwerk en op wetenschappelijk gebied hebben we een partnerschap onze buren van het UMC-Utrecht. Vrijwel alle erfelijke ziekten die we tegenkomen bij gezelschapsdieren komen namelijk ook bij mensen voor. Verder adviseren we beleidsmakers over dierenwelzijn in de fokkerij. Om een brug te slaan naar de diereigenaar, werken we in het FairDog consortium aan een keurmerk voor een verantwoord gefokte hond. Hier hebben we een actieve rol samen met de KNMvD, fokkerijorganisaties, dierenbeschermingsorganisaties en retail. Met zijn allen bereik je meer dan alleen!
MEER INFORMATIE?
Ga naar www.uu.nl
